De Bijbel in Gewone Taal, kan dat? – Oktober 2014

De Bijbel in Gewone Taal – kan dat?

door Wim Jansen

Laat ik vooropstellen dat ik de ‘Bijbel in Gewone Taal’ nog niet in zijn geheel gelezen heb. Maar ik heb wel al het nodige gezien om een indruk te hebben van de intentie en het resultaat.

Ik wil zeker niet de zure theoloog uithangen die het natuurlijk weer beter weet. Daarom reageer ik ook niet als theoloog maar als literatuurliefhebber en taalwerker. En in die hoedanigheid kan ik er niet omheen: Hoe sympathiek het initiatief ook is, het is een product van misverstanden. Het zijn er minstens vier.

 

Er staat niet wat er staat

De eerste uitglijder treffen we meteen al aan in de titel zelf: De bijbel in gewone taal. Dat is een tegenspraak in zichzelf. De bijbel is nu net geen gewone taal, maar zogenaamde ‘tweede taal’. De taal van mythen en poëzie. Het is de taal met de dubbele bodems en de diepere lagen. Het is de taal van, wat Martinus Nijhoff noemde: Er staat niet wat er staat.

Het is onmogelijk om symboolwoorden straffeloos over te hevelen naar krantentaal. Je kunt een gedicht van Gerrit Achterberg niet weergeven in een Jip en Jannekeverhaal. Beide taalzones hebben hun eigen waarde, maar je moet ze niet met elkaar verwarren.        

 

Taaleigen

Het tweede misverstand is gelegen in het gebrek aan respect voor het specifieke taalveld van elk genre. De bijbel heeft een  bepaald ‘taaleigen’ dat zich niet laat verloochenen. Hoe bedenkt iemand het in Godsnaam om ‘ark’ met ‘boot’ te vertalen? Een ark is geen boot! Sterker nog, het van oorsprong Egyptische woord heeft nooit de betekenis van ‘vaartuig’, maar veeleer ‘doodskist’. Hetzelfde woord zien we bij het zogenaamde biezen mandje waarin Mozes dreef. En het zal aan eenieder duidelijk zijn wat de achtergrond is van dit beeld.

Dit geldt ook voor het gebruik van ‘maken’ in plaats van ‘scheppen’. Het typische bijbelwoord ‘scheppen’ is nu net precies geen maken. God maakte de wereld niet. God schept orde in de chaos. Dat is wat het verhaal in Genesis wil vertellen.    

 

Begrijpelijk?

De derde verkeerde inschatting zit hem in het streven om de bijbel vooral ‘begrijpelijk’ te laten zijn. Het is eigen aan religieuze literatuur dat zij niet begrijpelijk kan zijn.  Het gaat over de dingen in het leven die niet te bevatten, niet te grijpen zijn. Augustinus zei: Als je het begrijpt is het niet God. De charme van bijbelverhalen is nu juist gelegen in het huiveringwekkende, raadselachtige, mysterieuze, misschien wel het meest in vreemde woorden als ‘kribbe’.

Daar komt nog bij dat dit streven naar een begrijpelijke bijbel ook het historiserend lezen in de hand werkt. De mensen bij de hand nemen om de wereld van de bijbel binnen te treden, oké, maar liever niet op het verkeerde been van de bijbel als historisch kloppend feit.  

 

Onderschatting

Het vierde misverstand, ten slotte, betreft de mateloze onderschatting van al die mensen die de bijbel niet kennen. Er wordt maar van uitgegaan dat zij de bijbeltaal natuurlijk niet begrijpen.  Dus moet je staccatozinnen en oppervlakkige termen invoeren om hen bij de les te houden. Want natuurlijk snapt zo iemand een prachtig beeldend woord als ‘inkeer’ niet…

Ik zou me beledigd voelen. Ik heb Nederlands gegeven aan VMBO-klassen. Die kinderen hadden meer voeling met symbooltaal dan menig kerkganger!