Wreed en teder – Kerstmeditatie 2013

Gebed met stiltes

Gij, de liefde zelf,

in kinderen geopenbaard,

te kennen in weerloosheid,

wij openen ons voor U…

Wij ademen in U,

Gij ademt in ons – in en uit.

Wij laten alle zorgen gaan,

de pijn, de vragen en de angsten.

Wij laten onze adem los…

Wij rusten in de nacht.

We dromen van het licht.

Droom Gij in ons…

Amen.

 

Wreed en teder – kerstmeditatie 2013

Voorafgaand aan de lezingen uit Boris:

‘Boris’ is het boek van Jaap ter Haar over een jongen in Leningrad

ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Er is daar toen verschrikkelijk gevochten en de stad is lange tijd belegerd geweest, met als gevolg een rampzalige hongersnood. Boris heeft zijn vader al verloren. Met Nadja, het vriendinnetje met wie hij later wil trouwen, probeert hij te overleven. Als hij met haar ver buiten de stad gaat om voedsel te zoeken worden ze door de Duitsers opgepakt. Tot hun grote verrassing proberen die vijandige soldaten hen te helpen en brengen hen terug naar de stad. Dan ontmoeten ze een patrouille Russische soldaten, die de Duitsers niet vertrouwen en hen gevangen willen nemen – en niet alleen dat… Een fragment:   

 

‘Geloof die schoften toch niet!’ riep een soldaat die schuin achter Nadja stond. Felle haat laaide op in zijn ogen; hoeveel leed had zich opgestapeld dat zó een uitweg zocht? ‘Schiet ze kapot, luitenant. Schiet ze toch kapot!’ Hij smeekte het haast, terwijl hij een stap naar voren deed en zijn geweer richtte op de Duitse commandant. Zo alles overheersend was zijn haat dat hij wilde schieten…

Toen sprong Boris naar voren. Hij ging voor de Duitser staan en hief zijn handen in de lucht, alsof hij hem daarmee zou kunnen beschermen. ‘Niet schieten!’ gilde hij met overslaande stem. ‘Niet schieten. Ze hebben ons gered!’  

 

Uiteindelijk sterft ook Boris’ hartsvriendin Nadja de hongerdood. Met dat bericht komt Boris thuis bij zijn moeder. Het volgende fragment:

 

‘Waarom juist zij?’ vroeg Boris. Zijn moeders hand lag nu weer stil en ontspannen op zijn rug.

‘De dingen gebeuren, Boris. Wij mensen willen altijd weten waarom. We moeten niet vragen naar het ‘waarom’, maar doorgaan met ons leven, dan groeien we vanzelf naar een deel van het antwoord toe!’

‘Hoe dan?’

‘Door de dingen te blijven doen die ons hart en onze handen te doen vinden…’

 

 

 

Meditatie: Wreed en teder

Lieve mensen,

hoe blijven mensen staande in een bizarre situatie?

Waar haal je de kracht vandaan om het vol te houden

als alles om je heen in puin valt?

Wat is het geheim van leven en overleven?

Wat is nou de bloem in onze ziel die blijft bloeien in de wreedheid?

Het zijn de vragen waar mensen in alle tijden

een antwoord op hebben gezocht in verhalen en poëzie.

Soms in het groot: wereldliteratuur – zoals Lukas’ kerstevangelie.

Soms in het bescheiden formaat van een kinderboek –

zoals ‘Boris’ van Jaap ter Haar.

‘Boris’ is een mix van fictie en non-fictie, zoals alle literatuur eigenlijk.

Het verhaal is gebaseerd op een historisch gebeuren.

Er heeft in het toenmalige Leningrad een Boris bestaan

die zijn geschiedenis aan Jaap ter Haar heeft verteld,

een wrede geschiedenis van oorlog, verwoesting, terreur en honger…

… en doden, heel veel doden.

Vervolgens heeft de meesterverteller Jaap ter Haar 

zijn fantasie om die gebeurtenissen heen gesponnen,

dingen ingekleurd, feller gekleurd, aangezet, gefantaseerd.

Hij is met de feiten gaan spelen als met legoblokken

en heeft er een nieuw verhaal mee gebouwd. 

Waarom?

Om datgene over te brengen waar het om gaat in dit boek:

Hoe mensen overeind blijven als overal om hen heen de doden vallen,

als hun vertrouwde wereld tot een puinhoop wordt,

als er niets meer vanzelfsprekend is.  

Om de wijsheid van een kind over het voetlicht te brengen.

Om een steentje bij te dragen aan een iets betere wereld…

Feitelijk heeft Lukas hetzelfde gedaan.

Hij heeft legoblokjes verzameld uit bestaande bouwwerken

om er een nieuw verhaal mee te componeren:

Mythen over godenzonen die mens worden,

de oudtestamentische legenden over onvruchtbare moeders,

over engelen en herders,

maar ook de bestaande politieke situatie van zijn tijd.

Hoe was die situatie?

Wreed…

Misschien niet zo extreem als in het Leningrad van Boris.

Maar zeker gewelddadiger dan Lukas’ laconieke aanhef doet vermoeden:

Het geschiedde in die dagen dat er een bevel uitging vanwege keizer Augustus

dat het gehele rijk moest worden ingeschreven.

Het staat er zo droog en braaf, zo rustig: een administratief intermezzo.

Durfde hij de werkelijke situatie van onderdrukking niet te vermelden?

Was hij bang voor represailles

als hij al te gedetailleerd de onderdrukking zou beschrijven?

In ieder geval was zo’n volkstelling niet zo bedaard en onschuldig

als het in dit zinnetje lijkt.

Als ik de commentaren mag geloven was het een wreed gebeuren

dat dan ook niet gedekt wordt door het woord volkstelling.

Er was veeleer sprake van ‘belastingafpersing door geweld’.

Bij het invorderen  van dit bloedgeld werden brute methoden toegepast.

De Romeinen waren er meester in

om hun ‘Pax Romana’ op die wijze te handhaven.

Een beschrijving van de Romein Lucrantes zegt genoeg:

‘In de steden werd de bevolking bijeen gedreven. Overal hoorde men de kreten van hen die onder foltering en met stokslagen werden verhoord…’

Het zou dus zomaar kunnen dat Jozef met zijn zwangere vrouw op weg ging,

niet om zich braaf te laten inschrijven, maar om te vluchten!

Dat zou verklaren waarom Lukas hun kind geboren laat worden

in een grot, beter gezegd: een onderaards hol –

waar ook de Zeloten, de opstandelingen zich schuil hielden.

Dat maakt Jezus tot een rebellenkind en een vluchtelingenkind…

Het zou kunnen, het gaat niet om de feiten.

Waar het om gaat is dat Lukas een situatie schetst van wreedheid,

zoals in Boris en zoals we die ook in de wereld van vandaag om ons heen zien.

Hij doet dat ingetogen, beheerst, bijna verhullend.

Hij zal daar zijn redenen voor gehad hebben toen hij dit schreef,

nog steeds onder Romeinse overheersing,

maar tussen de regels door is de onderdrukking voelbaar.

Waar het vooral om gaat is datgene wat hij laat plaatsvinden

midden in die wreedheid: de geboorte van een kind.

Dat is de ultieme tederheid in de wreedheid.

Lukas schrijft zijn geboorteverhaal tegen de achtergrond

van wie deze Jezus later zal worden:

een vredebrenger, een bevrijder, een rebel van de liefde,

een ‘messias’, voor Lukas zelfs de Messias.

Maar ik waag het erop te zeggen dat ieder pas geboren kind

in beginsel een messias is.

Alle mensen worden geboren als uitdrukking van de tederheid,

als begin van vrede, als vleesgeworden barmhartigheid,

wat zeg ik: als vleesgeworden God!

Een koude, nachtelijke grot, een onderaards hol,

een schuilplaats voor verbitterde rebellen,

en daarin een huilende, spartelende baby – dat is God.

Deze tederheid in de wreedheid, dat is God.

Je ontfermt je over dit vluchtelingenkind,

je neemt het in je armen en je verwarmt het en je koestert het.

Dan neem je God in je armen…

God is het aller teerste en kwetsbaarste in deze wereld.

Telkens wordt in het boek van Jaap ter Haar de vraag naar God gesteld.

Als de bommenwerpers overvliegen en hun vernietigende lading afwerpen,

wordt er gebeden en Boris vraagt het zich af: zou God helpen?

Maar het wrede feit is dat God niet helpt.

Er is geen God die Nadja beschermt tegen de hongerdood.

En er is geen God die zijn reusachtige hand boven de stad houdt

om de bommen op te vangen.

En toch was God in het platgebombardeerde Leningrad.

God was in de ontluikende liefde van Boris voor zijn Nadja.

God was Boris toen die voor de Duitsers ging staan

om hen te beschermen, nota bene zijn vijanden.

God was in de tederheid.

God was de tederheid…

Vreemd dat tederheid bloeit midden in de wreedheid

en dat mensen het daarom volhouden.

Ook in de wreedheid van het leven – en het leven kan wreed zijn!

Toch tederheid, liefde, vaak des te sterker.

Waarom bleef Anne Frank zo vreemd sterk in dat vreselijke Achterhuis?

Waarom bleef ze zo hoopvol en levenslustig?

Ik heb haar dagboek nog eens goed gelezen.

In die laatste, zware maanden was ze verliefd

op die jongen uit het andere onderduikersgezin.

Verliefdheid, liefde, maakt een geweldige energie los.

Het is de kracht van de tederheid.

Het is God.

Midden in diezelfde oorlog schreef de dichter Guillaume van der Graft

zijn meest prille, wat mij betreft meest inspirerende liefdesgedichten.

De wereld staat in brand, maar dat, liefhebben, gaat gewoon door.

Onverzettelijk is de tederheid.

Onverzettelijk is God…

Dat, die tederheid, God zelf,

dat is de bloem in de menselijke ziel die je kunt bewaren en koesteren,

zoals ook Etty Hillesum daarover in haar dagboek schrijft.

Eveneens middenin de wreedheid van de Tweede Wereldoorlog

kijkt ze naar de verregende en verwaaide jasmijn achter haar huis en schrijft:

‘Ergens in mij bloeit die jasmijn ongestoord verder, net zo uitbundig en teder als ze altijd gebloeid heeft. […] En ze verspreidt haar geuren rond de woning waar jij huist, mijn God. Je ziet, ik zorg goed voor je. […] Ik zal je alle bloemen brengen die ik op mijn wegen tegenkom, mijn God, en werkelijk, dat zijn er vele. Je zult het heus zo goed mogelijk bij me hebben…’

STILTE

 

Gebeden (met stiltes en telkens 2x lied 458a)

Gij, onuitsprekelijk geheim.

Wij omkleden u met woorden:

Stilte, liefde, eeuwige,

maar ze zeggen nooit genoeg.

Wij schilderen beelden om u heen:

Zon, rivier, kind,

maar ze verbeelden nooit genoeg.

Daarom zingen wij:

Zuivere vlam…

 

We zeggen uit wat in ons leeft aan vragen in onze voorbeden.

Voor de wereld in zijn chaos, zijn zoeken naar vrede, de vluchtelingen, de ontrechten, de slachtoffers van geweld of natuurrampen, de bedreigde aarde.

Daarom zingen wij:

Zuivere vlam…

 

Voor onze eigen samenleving, voor de mensen die slachtoffer zijn van de crisis, voor de meest kwetsbaren, voor de zieken, thuis en in ziekenhuizen, voor mensen die de dood onder ogen moeten zien, voor allen die juist tijdens de feestdagen hun verdriet het scherpst voelen, voor ieder die zich eenzaam voelt of bang voor de toekomst.

Daarom zingen wij:

Zuivere vlam…

 

Voor allen die ons het naast staan en voor mensen die wij misschien als een vijand ervaren, voor ons eigen leven, voor onze liefde.

Daarom zingen wij:

Zuivere vlam…

 

We zijn stil voor U…

En we zingen:

Zuivere vlam…

We bidden samen het Onzevader…