Jeannette’s toespraak Koorkerk

Beste Wim, beste mensen van de Koorkerk,

 

Jouw intrede hier in Middelburg betekent een afscheid van Brouwershaven. Als lid van de gemeente van Brouwershaven wil ik op deze plek graag iets delen van onze ervaringen met jou.

Destijds maakte ik deel uit van de beroepingscommissie en was ik zeer verrast toen jij solliciteerde!

Ik kende je namelijk vanuit je boeken, die me zeer hadden geraakt.

Met name je boekje “Het geheim van de lieflijkheid” waarin je openhartig vertelt over jezelf, je gezin en je geloof.

Ik had het gevoel dat ik je al een beetje kende.

Mijn vader had een paar van jouw boeken gerecenseerd.

En via hem was ik ermee in aanraking gekomen.

 

In je boeken en ook in je diensten, de verhalen voor de kinderen en je meditaties, deelde je vaak persoonlijke ervaringen, over je jeugd in het Paradijs, over jezelf als puber, over je eigen gezin.

Daarin liet je iets zien van je eigen kwetsbaarheid, vaak heel herkenbaar, en  was je heel open over de groei en ontwikkeling van je geloof, dat enorme veranderingen heeft doorgemaakt.

Je schroomde in diensten niet om te zeggen wat je dacht, niet om het ons op te leggen, dat zei je ook altijd: Blijft u gerust denken wat u denkt als u daar steun aan heeft, wie ben ik om u dat te ontnemen.

Maar je prikkelde ons om na te denken.

 

En je hebt daardoor veel in beweging gebracht.

Ik denk hierbij ook aan je boekje “Voorbij de leegte”, dat je in de periode Brouwershaven hebt geschreven, waarin je, de dogma’s ontgroeid, deze stukje voor stukje afpelt, tot het lijkt alsof er alleen maar leegte overblijft.

Voor jou is dat een heel spannend proces geweest, schreef je, alsof je een tomeloze diepte intuimelde.

Maar je hebt ervaren dat er in die leegte ruimte ontstond, ruimte voor verwondering, ruimte voor het heilige.

In die leegte werd duidelijk wat uiteindelijk de kern van ons leven is: de Liefde.

En, zei je: ik ben er geloviger uitgekomen!

Dat heb je in je diensten uitgestraald en met ons gedeeld.

 

Je hebt stiltes in onze diensten gebracht.

Stiltes in de gebeden.

Geen overvloed van woorden, die al van alles invullen en daardoor hun doel voorbij schieten, maar sobere, kernachtige gebeden, afgewisseld door stiltes.

Daardoor ontstaat ruimte om tot jezelf te komen, ruimte voor God.

 

Er kwam een stiltekring.

Samen rond de paaskaars een half uur stil zijn, mediteren.

En je hebt ons in contact gebracht met het klooster.

Jaarlijks gingen we met een groep gemeenteleden naar een klooster.

Voor mij waren dat hoogtepunten.

Meegaan in het ritme van het klooster.

De sfeer van het heilige in de diensten en het leven van de broeders.

Het tot rust komen, maar ook het samenzijn met andere gemeenteleden op die plek, waardoor je elkaar op een andere manier leert kennen, tijd hebt om eens dieper met elkaar door te praten.

 

Er is veel over je te vertellen, Wim: je tomeloze creativiteit die zich onder andere uitte in de bijzondere diensten die je samen met ons organiseerde, de jongerendiensten, de startdiensten om maar enkele te noemen.

 

En wat ook opviel: je geloof in onze gemeente.

Geen succesgemeente, maar vergrijzend en dalend in ledental.

Waar wij een bijeenkomst organiseerden over: Hoe verder in de toekomst, want we worden zo klein en er zijn nauwelijks genoeg mensen om de taken op zich te nemen, daar werd jij bijna boos: Ik zie een vitale gemeente, zei je.

Het gaat niet om het aantal.

Dat de kerk leegloopt is een gegeven, maar dat zegt niets over het geloof dat er is bij mensen.

In het pastoraat ervoer je dat steeds weer, juist ook bij zogenaamd randkerkelijke mensen.

De liturgie is een uniek gebeuren, zei je, een speeltuin voor het heilige en een oefenplaats voor de liefde, daar ligt de kracht van het samenkomen als gemeente, de kracht van de kerk.

 

Je had twee gemeentes op behoorlijke afstand van elkaar, en ook nog eens van je eigen woonplaats.

Maar dat was voor jou geen probleem en wij hebben daar ook nooit iets nadeligs van gemerkt.

Het gaf je eerder energie.

Reizen deed je graag en je gebruikte je tijd goed: preken schrijven in de trein, net als berichten voor de kerkbode: die eindigden dan bijvoorbeeld met een groet uit een verlaten station ’s avonds laat in Roosendaal.

En er was de kruisbestuiving tussen beide gemeentes, ideeën uit de ene gemeente konden ook iets betekenen voor de andere.

De Delftenaren sloten zich aan bij onze jaarlijkse kloosterweekenden en zo konden we elkaar ontmoeten.

 

Wim, jouw cv bekijkend, ben je bijna nooit ergens langer dan vier of vijf jaar geweest.

Een zwervende monnik noem je jezelf.

Je houdt ervan om nieuwe uitdagingen aan te gaan.

Dat wij in Brouwershaven afscheid van je zouden moeten nemen, zat erin.

Dat je nu nog aan een nieuwe gemeente begint, was voor jou niet direct gepland, maar ik sta er niet van te kijken.

Ik wens je een hele goede tijd toe hier in Middelburg.

U als gemeente van de Koorkerk: van harte gefeliciteerd met jullie nieuwe predikant!

Ik hoop en verwacht dat jullie net als ik zullen genieten van de inspirerende diensten en contacten met Wim!

Gods zegen toegewenst voor jou Wim en voor u als gemeente!