Stilte en gebed
Wij betreden uw domein
in de stilte…
…
In de stilte klinken onze woorden.
woorden van leegte, dorst en honger,
woorden van verlangen,
verlangen naar uw licht.
In de stilte klinken woorden,
woorden van gebed.
Wij bidden om uw vrede,
om liefde in de kilte van de wereld,
rust in de onrust,
hoop in uitzichtloosheid,
geduld in tegenslag.
Eeuwige, ontferm u / Christuskind, ontferm u / Eeuwige, ontferm u.
Amen.
Opstapje naar het thema: God zijn valt niet mee
Het voordeel van God zijn is dat je overal in kunt verdwijnen en alles kunt worden.
Je bent sowieso al onzichtbaar dus je kunt verschijnen als blinkend licht, maar ook als wind of stem of vuur of engel – alles is mogelijk.
Ook als dier.
Ooit heeft God gedacht: Kom, ik ga eens aan de mensdieren verschijnen als een ezel.
Misschien dat ze dan naar me willen luisteren – en zo deed God.
God werd een koppige ezel die meer zag dan het mensdier op zijn rug, namelijk een groot gevaar op de weg.
Dat mensdier, een zekere Bileam, schold hem uit en sloeg hem, maar de ezel verzette geen stap meer – en redde zo het mensdier.
Het heeft weinig geholpen.
Mensdieren hebben niet zoveel respect voor een ezel.
Ook heeft God gedacht: Kom, ik ga aan de mensdieren verschijnen als een duif.
En God werd een prachtige duif, wit van onschuld.
En de duif vloog rond met groene vredestakken in zijn snavel en daalde neer op de mooiste en edelste mensdieren.
Maar de meeste mensdieren zijn niet zo dol op vredesduiven.
Ze houden meer van gebraden duiven.
En God heeft gedacht: Kom, ik verschijn als een mensdier.
En God verscheen in mensdieren, de een na de ander, en uiteindelijk in de allermooiste.
Maar ze werden allemaal vermoord.
Toen dacht God: Het heeft niet gewerkt, verschijnen als ding of dier of mensdier.
Dan ga ik hoogstpersoonlijk wonen in de mensdieren zelf – in een stofje in hun brein.
En verander hen van binnenuit.
Lezing: Lukas 2:1-20
Lezingen:
Angelus Silesius: ‘Was Christus duizendmaal in Bethlehem geboren, maar niet in jou, dan ging je toch verloren.’
Etty Hillesum: ‘Het is het enige en het enige […], ik zie geen andere weg, dat ieder van ons inkeert in zichzelf en in zichzelf uitroeit en vernietigt al datgene, waarvoor hij meent anderen te moeten vernietigen. En laten we ervan doordrongen zijn dat ieder atoompje haat, dat wij aan deze wereld toevoegen, haar onherbergzamer maakt dan ze al is.’
Overweging: De enige weg
Lieve mensen,
deze tijd, onze tijd, is wel een beetje vergelijkbaar
met de tijd waarin Lucas de geboorte van Jezus plaatst.
Misschien is elke tijd wel zo in deze gekke wereld,
maar de ene periode is toch net iets gekker dan de andere.
Overeenkomsten tussen nu en toen zijn er in ieder geval genoeg:
de volkstelling – toen werd er geteld, al ging het meer over registreren.
Nu wordt er ook geteld, besmettingen weliswaar,
maar in beide gevallen gaat het om controle.
En in beide gevallen beschikt de overheid over ons lot:
De mensen toen, de gewone mensen, op drift gejaagd,
het rustige dagelijkse leven overhoop gegooid,
de mensen nu, wij gewone mensen, die juist thuis moeten blijven,
geen feest kunnen vieren, niet bijeen kunnen komen,
het ‘normale’ leven kan geen doorgang vinden.
Alles is anders dan anders, toen en nu.
Onrust en verdeeldheid toen, onrust en verdeeldheid nu.
De herbergen zaten vol, onze herbergen zijn gesloten,
maar in beide gevallen: geen plaats in de herberg.
Geen plaats voor zwervende, kwetsbare kinderen, nog altijd,
geen plaats voor God – dus.
Een wereld vol onherbergzaamheid, toen en nu…
…
Er zijn ook dingen verschillend.
Bijvoorbeeld dat het erger is geworden.
Wat is erger geworden?
De onherbergzaamheid.
Grote wereldleiders toen en nu,
Maar die van nu hebben nog meer macht gekregen.
Poetin en Trump en zoveel anderen:
vertegenwoordigers van de hard power,
de hard power die de wereld in zijn macht lijkt te hebben,
die beschikt over de levens van gewone mensen.
Scherpe verdeeldheid, splijtzwam in de VS, splijtzwammen door de wereld.
Je ziet het gebeuren, en je staat machteloos.
En wat onze tijd er nog overheen heeft gekregen,
wat vroeger in ieder geval nog geen probleem was,
dat is een beschadigde aarde, een ontregeld klimaat,
en ook daar weer verdeeldheid over.
Wat we moeten constateren is:
We kunnen niets aan de omstandigheden veranderen.
Ze zijn sterker dan wij.
De keizers Augustus, de koningen Herodes van de kindermoord,
het labiele volk dat kiest voor overleven,
geen plaats, geen plaats –
Lucas schildert het als een onverbiddelijk tafereel.
We kunnen er niets aan veranderen.
Of toch wel?…
…
In die onherbergzame wereld wordt een kind geboren.
Een kind als symbool voor de eeuwige menswording van God.
Een kind als symbool voor de Godgeboorte in de wereld,
de Godgeboorte in de menselijke ziel.
Het is niet nieuw en niet eenmalig, dit Kerstgebeuren,
het is zo oud als de wereld, het is de eeuwige schepping:
God daalt af in het stof.
God incarneert, zeggen de theologen dan.
God wordt aarde, plant, dier, mens.
Dat kan niet anders want de mens bestaat uit aarde, plant en dier.
God gaat binnen wonen, in een stofje in ons brein.
De aarde, ons lijf, we worden bezield.
Het enig noodzakelijke wat nu nog moet plaatsvinden is niet
dat het opnieuw en eenmalig gebeurt – zoals Kerst vaak wordt voorgesteld –
maar dat we ons ervan bewust worden dat het allang is gebeurd
en altijd zal blijven gebeuren.
God kruipt in ons, nestelt zich in ons, altijd, eeuwige schepping,
we hoeven het ons alleen maar bewust te zijn.
Daarom gaan we de weg naar binnen
en we verkennen ons innerlijke landschap,
een landschap vol stekelige struiken, dorre woestijn misschien,
of propvol onkruid en ongedierte,
verwilderd misschien, chaotisch, onrustig,
maar altijd ergens verborgen het kind God,
het Christuskind, de liefde die ons redden zal.
Zoals de mysticus Silesius zei:
‘Was Christus duizendmaal in Bethlehem geboren,
maar niet in jou, dan ging je toch verloren.’
Dat wil zeggen: dan raak je de weg kwijt,
dan ‘loop je verloren’, zoals ze in Vlaanderen zeggen.
Aan de omstandigheden kunnen we alleen iets veranderen
als we de weg naar binnen gaan en het kind vinden.
En wil het ooit met deze wereld iets worden,
dan is dit de enige weg…
…
Als er iemand recht van spreken heeft om dit te zeggen is het Etty Hillesum.
Recht van spreken in een onherbergzame wereld…
In de meest bizarre omstandigheden van toenemende vervolging,
uiterlijke omstandigheden waaraan ze niets kon veranderen,
zocht ze en vond ze de ongelooflijke kracht in haar innerlijk.
Van een onrustige, stuurloze, depressieve vrouw vol complexen
veranderde ze tijdens die beginjaren van de oorlog
in een ware mystica, een toonbeeld van rust en liefde,
een grote steun voor anderen ook in wat zij noemde de hel van Westerbork.
Dat kon ze omdat ze als geen ander de weg naar binnen ging,
haar chaotische ziel verkende, zichzelf losliet en overgaf
aan de rust van haar innerlijke bron.
Ze zei niet: Waar is God in Westerbork of in Auschwitz?
Want ze wist God in haarzelf, als diepste aanspreekpunt van liefde.
God als hoogst haalbare humaniteit binnen in haar.
En ze begreep dat, wil het ooit nog iets worden met deze wereld,
de enige weg de weg naar binnen is.
Een weg die ieder mens af moet leggen, ieder mens opnieuw,
de weg voorbij de haat en angst, naar de plek
waar God in ons geboren wordt.
Er waren er velen in haar omgeving die dat maar niks vonden:
Maar dat duurt toch veel te lang, Etty.
Veel mensen dachten en denken dat het rijk Gods maakbaar is,
dat we het kunnen organiseren of zelfs forceren
in radicaal idealisme of zelfs gewapend verzet,
of door het kwaad uit te roeien
zoals Bush de – wat hij noemde – as van het kwaad wilde vernietigen.
Nee, zegt Etty Hillesum, zo zal het niet werken.
En ze schrijft aan een vriend die haar weg ook veel te lang vindt duren:
‘Het is het enige en het enige […], ik zie geen andere weg, dat ieder van ons inkeert in zichzelf en in zichzelf uitroeit en vernietigt al datgene, waarvoor hij meent anderen te moeten vernietigen. En laten we ervan doordrongen zijn dat ieder atoompje haat, dat wij aan deze wereld toevoegen, haar onherbergzamer maakt dan ze al is.’
Niet voor niets gebruikt ze dat beeld.
Ze leefde immers in een tijd van uitroeien en vernietigen,
precies zoals overigens ook Jezus meteen daarin terechtkwam,
en ze zag als enige weg: zichzelf te zuiveren van alle haat.
Natuurlijk waren er veel mensen in haar omgeving die de bezetter haatten,
zoals ook wij ons kapot kunnen ergeren aan mensen die ons dwarszitten,
aan domheid en grofheid van mensen – nee, de wereld is niet mooi –
maar die ergernis maakt het alleen maar erger:
Ieder atoompje haat, hoe begrijpelijk ook, dat wij aan deze wereld toevoegen,
maakt haar onherbergzamer dan ze al is…
…
Waar zit in onszelf de onrust en de angst, de liefdeloosheid en de haat
die we nu ook zo onrustbarend om ons heen zien toenemen?
Iemand, die lange tijd leed aan negativisme en chaos in zijn hoofd,
mailde me afgelopen week dankbaar dat hij in de stilte had geleerd
om slechte gedachten te vervangen door goede,
bittere gevoelens door liefdevolle aandacht, donker door licht.
Ga in de stilte de weg naar binnen
en vind het Christuskind, de liefde.
Het is de enige weg.
Amen.
Gebeden, stiltes, Onzevader.
Eeuwige Liefde die Gij zijt,
wij danken u voor huis en haard,
voor zonnewende en het naderende licht,
voor de liefde van een kind,
een kind in de nacht…
Open ons voor uw licht en warmte,
de gloed van uw liefde in onze geest.
Open onze ogen voor het Christuskind in ons,
help ons het te zoeken en te vinden.
Doe ons ervaren dat Gij in ons woont,
in ons woont met de vrede
die alle verstand te boven gaat.
Breek in ons door met dat geheim…
…
Wij spreken onze gebedsintenties uit en noemen:
de onrust in de wereld,
al die mensen overgeleverd aan politieke willekeur,
vluchtelingen op drift,
slachtoffers van natuurrampen,
de velen op welke wijze dan ook geraakt door corona,
allen die ziek zijn,
wie de dood onder ogen moeten zien,
ons eigen leven, onze geliefden, in de stilte…
…
We bidden in gedachten het Onzevader mee…
Onze Vader die in de hemelen zijt,
Uw naam worde geheiligd, uw koninkrijk kome, uw wil geschiede
gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood.
En vergeef ons onze schulden gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.
Leid ons niet in verzoeking maar verlos ons van de boze.
Want van u is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid
tot in eeuwigheid, amen.