God of neurotransmitter? mei 2012

Voor de kinderen: Welke vruchten horen bij welke bomen?

(Ik leg op de tafel een aantal vruchten: appel, peer, banaan, druif, sinaasappel …

Ik laat afbeeldingen zien van bomen en laat de kinderen de juiste afbeelding bij de juiste vrucht leggen…)

Gesprekje over: een banaan komt niet van de appelboom…

 

Aan iets wat je ziet kun je ook zien waar het vandaan komt.

Als je gelooft in God, dan horen daar dingen bij die je ziet:

In ieder geval dat je goed bent voor elkaar…

 

 Meditatie: Ont-grenzen en begrenzen

 

Lieve mensen,

Lukas schildert een groepje bevlogen gelovigen.

Ze zijn letterlijk enthousiast.

En-thou-siasme betekent: in God zijn.

Wat is er nu eigenlijk aan de hand?

Ze zijn gegrepen door iets, door de Geest – vertelt Lukas.

Laten we dit verschijnsel nu eens bekijken vanuit onze tijd.

De geleerden van nu zouden zeggen:

Er is een stofje in hun hersenen over zijn toeren geraakt.

Wat hier gebeurt is niets anders dan

een op hol geslagen neurotransmitter, zeg maar:

een bepaalde chemische werking van de hersencellen,

een elektrische overreactie van een stofje.

 

Een man die een tijd in een klooster verbleef

en daar een ervaring van diepe rust en vrede had vroeg het zich af:

is dit God of neurotransmitter?

Is dit de Geest van God of het zogenaamde Godstofje in mijn brein?

Het lijkt wel de vraag van onze tijd.

Toch blijkt het van alle tijden te zijn, immers,

de sceptici in het Pinksterverhaal hebben het ook over een stofje,

namelijk alcohol!

Wat we hier zien is niets anders dan een teveel aan zoete wijn…

 

Het heeft dus te maken met het niets-anders-dan-denken.

Ik heb er eerlijk gezegd al mee afgerekend toen ik twintig is.

Mijn geliefde en ik keken naar de zonsondergang

en verwonderden ons over de kleurenpracht.

We hadden het erover met elkaar.

Nou kun je zeggen: dit is niets ander dan

breking van het licht in waterdruppels,

maar dat neemt niets weg van het feit dat de schoonheid ervan ons verrukt!

We besloten toen dat we zo niet naar de werkelijkheid willen kijken.

Mooie muziek is niets anders dan trilling van lucht,

maar maakt die wetenschap het minder ontroerend?

Natuurlijk is het zo dat bijvoorbeeld verliefdheid

een zeker stofje aanmaakt

en dus zichtbaar is in het oplichten van een bepaalde hersenkwab –

alles wat wij ervaren heeft effect op ons fysiek –

maar is daarmee mijn liefde minder werkelijk?

Ook de ervaring van God is gezeteld in een Godstofje.

Het moet tenslotte ergens in ons lichaam zijn plek hebben…

Maar maakt dat de ervaring van God minder werkelijk?

Het is dus niet: God ofneurotransmitter,

net zo min als het is: mijn geliefde of chemische reactie,

net zo min als het is: mens of verzameling cellen.

Dat zijn valse tegenstellingen.

Het is beide: God en neurotransmitter.

Het is één werkelijkheid in twee manieren van spreken.    

Als ik God zeg bedoel ik ook: GOD –

en dan denk ik aan GOD die de hele werkelijkheid omvat,

ook Gods eigen stofje in ons brein.

Goed, het verhaal van Pinksteren is ook het verhaal van een neurotransmitter,

maar is het daarmee een op hol geslagen neurotransmitter?     

Met andere woorden: is er sprake van ontremming?

Het hele gebeuren doet nogal extatisch aan, opgewonden, vrolijke boel.

En dat niet alleen:

er worden ook duidelijk grenzen doorbroken.

De hele bewoonde wereld komt in het vizier.

Grenzen worden overschreden, grenzen tussen volken en religies,

de barrière van de taal wordt geslecht.

De Geest lijkt alle muren omver te waaien.

En dat is heel mooi!

Het heil van God, de geest van God is universeel,

Zoals The Lau van The Scene zong (zingen):

Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen

Daarop variërend zou je kunnen zeggen:

Iedereen is van God en God is van iedereen.

Door al die monden spreekt de Geest, blijkbaar.

Mensen praten door elkaar

zoals de Geest het hun gaf uit te spreken.

Er is duidelijk sprake van ont-grenzen,

 

Maar is er dan niet tegelijk sprake van ontremmen, ontsporing zelfs?

Gaat het Godstofje soms niet gevaarlijk met mensen op de loop?

Mensen die zich beroepen op wat zogenaamd

de Geest allemaal in hen uitspreekt.

Hoeveel ellende is er aangericht door religies,

door mensen die beweren dat God het wil?

Ook Anders Breivik sleept er geestelijke waarden bij,

zelfs het joods-christelijk gedachtegoed!

Maar al te vaak ontaardt idealistische of religieuze bevlogenheid

in fanatisme en allerlei andere ongezonde uitspattingen!

We doen er maar beter aan heel wantrouwend te zijn

zodra  mensen er prat op gaan dat ze

“spreken zoals de Geest het hun geeft uit te spreken”.

En nog meer om wantrouwend te zijn

zodra we zelf menen uit de Geest te spreken…

Is er trouwens alleen sprake van ont-grenzen als de Geest aan het werk is?

Juist niet, denk ik.

De Geest, de Christusgeest, begrenst juist!

Die neurotransmitter van de Geest is geen dope, geen drug,

die alleen maar tot een extatische ervaring leidt,

tot een lekker gevoel,

of alleen maar een religieuze beleving.

Het is geen stofje dat tot losgeslagenheid voert, een losgeslagenheid

die uiteindelijk alleen maar nieuwe verslaving tot gevolg heeft.

Het kenmerk van deze neurotransmitter is juist

dat hij nietin een veelheid van religieuze sentimenten op hol geslagen is,

maar gekanaliseerd wordt in een duidelijk herkenbare gezindheid,

een niet mis te verstane humaniteit.  

De vrijheid van de Geest bestaat hierin dat hij beperkt

juist opdatwij onze vrijheid aan zouden kunnen.

Ont-grenzen, ja, maar alleen in begrenzen.

 

Hoe dan begrenzen?

Begrenzen in het soort vruchten dat we voortbrengen.

Brengt het Godstofje rottigheid voort

of goedheid en menselijkheid?

Word je een beter mens van je geloof? – dat is de vraag.

Paulus benoemt het concreet.

De boom van de Geest, zegt hij, geeft geen wildgroei van vruchten.

Er is een manier om de Geest te herkennen,

een manier om het spreken van mensen

“zoals de Geest het hun geeft uit te spreken”

te toetsen, op waarde te schatten, te proeven

zoals je vruchten proeft.

Bij de boom van de Geest horen deze vruchten,

en Paulus somt ze op:

liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, betrouwbaarheid, zachtmoedigheid, zelfbeheersing…

 

De lijst kan korter en de lijst kan langer, maar dat doet er niet toe.

Het zijn allemaal richtingwijzers naar die eerstgenoemde vrucht: de liefde. 

En als iemand beweert uit de Geest te spreken,

maar de vrucht die hij voortbrengt is wrok, verkilling of verzuring,

dan valt hij door de mand,

dan is zijn neurotransmitter een niet ongevaarlijke drug!

Toets dan je religieuze beleving aan deze vruchten.

Beproef je geest.

 

Ik noem nu nog eens rustig de vruchten van de Geest

En we zijn telkens even stil

om te zien of we ze in onszelf herkennen.

Het zou wel eens een beetje pijnlijk kunnen zijn,

maar dat is niet erg:

liefde… vreugde… vrede… lankmoedigheid…

vriendelijkheid… goedheid… betrouwbaarheid…

zachtmoedigheid… zelfbeheersing…

Amen